Carcaboso–Fuenterroble
30 mei
Stáán we vroeg op om op tijd te vertrekken, is het hok waarin de fietsen zijn gestald nog op slot.
De bij Casa Elena behorende bar is nog gesloten en de barkeeper/sleutelbeheerder is nergens te bekennen. Dat schiet niet op. Ontbijtje bij de concurrent dan maar.Twee Spaanse fietsers met hetzelfde probleem hebben de barkeeper uit z’n bed gebeld. We kunnen vertrekken.
Gisteren gingen we het eerste uur voornamelijk omlaag, nu gaat het vanaf het begin geleidelijk omhoog. Een voorproefje op wat ons vandaag nog te wachten staat.
De omgeving wordt steeds groener. We zien zelfs hier en daar beekjes en poelen. Langs de oevers daarvan doen ooievaars hun best het kikkerbestand op peil te houden.
We verlaten het asfalt en fietsen over een smal, hobbelig pad, totdat we plotseling oog in oog staan met een goed geconserveerde Romeinse triomfboog. Er zijn meer archeologische bezienswaardigheden in Caparra, maar we zijn op dit moment de enige bezoekers.
In de verte doemt een bergrug op. Daarachter ligt de eindbestemming van vandaag.
Een sympathieke Groninger fietst een eindje met ons op. Hij vertelt afgelopen zaterdagochtend vertrokken te zijn uit Sevilla, is nu al hier en wil aanstaande zondag in Santiago aankomen. Respect! Weliswaar op een soort racefiets met speciale banden, met maar heel weinig bagage en heel wat jaartjes jonger dan wij, maar toch.
Het boekje adviseert een omweg te maken via het “mooie ” plaatsje Hervas. Dat is inderdaad een aardig dorp, maar achteraf hadden we liever doorgefietst. Hoewel, ik kan er wat fruit scoren, waaronder een paar sappige perziken. (Als je met Bas aan het fietsen bent, moet je wel zorgen dat je voldoende vitamines binnenkrijgt. Ha!)
Na wat korte klimmetjes begint nu het serieuze werk. Een lange klim naar La Calzada de Bejar.
Halverwege geeft een bord aan dat we de regio Castille y Léon binnenrijden. De Extremadura ligt achter ons.
Eenmaal boven kunnen we kiezen tussen een lange afdaling met nog een klim over asfalt, of een korte, steile afdaling onverhard. We kiezen de laatste. Behoedzaam dalen we af. Het gaat goed, totdat Bas, bijna beneden, een stuur- en of remfoutje maakt en onderuit gaat. De schade blijft beperkt tot een schaafwondje.
Onderaan de weg is een Romeinse brug over een snelstromende beek. Een mooi plekje om wat te eten.
We komen tot de ontdekking, dat het plaatsje Endrinal, waar we willen overnachten, toch verder ligt dan gepland. De omgeving is prachtig: heel groen, ommuurde weilanden waarop verspreid staande oude steeneiken en met voor de verandering nu eens koeien (en stieren!).
Later dan gepland bereiken we Endrinal. In het plaatselijke café weet men ons te vertellen, dat de Albergue gesloten is. Shit!!
We zijn genoodzaakt door te fietsen naar Fuenterroble. Dat betekent: 8 km van de route afwijken.
In Fuenterroble treffen we een originele pelgrimsherberg waar een joviale beheerder ons verwelkomt. Hij doet ons denken aan Dirkie, een van de typetjes van Wim de Bie.
Een knalrood T-shirt omspant zijn buik, die tot ver over zijn kruis hangt. Als hij ons voorgaat naar de slaapzaal, gunt hij ons een blik in zijn immense bouwvakkersdecolleté. We krijgen een ruime, frisse slaapzaal toegewezen, helemaal voor onszelf. Er zijn maar twee andere gasten: een wat ouder (74) echtpaar uit Scheveningen dat de Zilverroute wandelt. Als je de goede man hoort praten, zou je zweren dat je met een van de gebroeders Temmes (ook K&B typetjes) te maken hebt. Aardige mensen.
Dirkie is inmiddels druk in de weer met het ‘diner’. Soep vooraf, jawel! In de onooglijke prut herkennen we spekjes, bonen, uien, aardappels, olijven, gestold ei en brood. Het smaakt niet eens onaardig, al denkt Bas daar anders over. Of geldt hier: ‘honger maakt rauwe bonen zoet?’
De ‘main course’ bestaat uit, varkenslapjes in pepersaus. Ook dit gerecht ziet er niet uit, maar de smaak is prima. Het dessert bestaat uit een kanjer van een handsinaasappel. Met een royaal gebaat staat Bas zijn exemplaar aan mij af. Wat heb ik toch een fijne fietsvriend!
Ondertussen is ook meneer pastoor aangeschoven. Hij laat zich de restjes goed smaken; en

maant Dirkie zijn T-shirt naar beneden te trekken. (Wat nog niet meevalt) Al met al weer een bijzondere ervaring!
Diner, overnachting en ontbijt kennen geen vaste prijs. We worden wel geacht morgenochtend een donatie te doen. Viva l’España! Viva el camino!
Foto’s: De Zilverroute per fiets