Dag 27 april
Herbés – Fontanete
81,1 km – 1962 hoogtemeters
Vandaag staan er twee gemene klimmetjes op het programma. De eerste meteen al aan het begin van de dag en de tweede in de loop van de middag. Daarom beginnen we maar vroeg, want zoals mijn schoonvader, (Hij ruste in de armen der Almachtige (sic G. Reve), in dit soort gevallen altijd placht te zeggen: “laat wordt het vanzelf”.
De eerste twaalf kilometer stijgen we naar een hoogte van ruim 1200 meter via hellingen van gemiddeld 9%. Gemiddeld houdt in, dat er ook stukken tussen zitten van 12, 13%. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat we op de steilste stukken soms afstappen, omdat je lopend sneller bent dan fietsend. (Onze fietsen wegen inclusief bagage ruim 40 kilo….)
Toch nog sneller dan gepland zijn we boven. Via een mooie afdaling komen we aan in de indrukwekkende vestingstad Morella. Hier blijft een kop koffie er wel in. In Forcall zijn we ongeveer halverwege de etappe van vandaag. Vanaf hier tot 8 km voor de finish wordt het klimmen geblazen. Eerst geleidelijk, maar allengs heftiger. Voordat het echte werk begint nog even een snelle slok in het mooi opgeknapte, maar saaie boerendorp Mirambel, en even verderop een lunchstop, voordat het onweer dat al rommelt in de verte boven onze hoofden losbarst.
Even later ontdekken we hoog in de bergen het adelaarsnest Cantevieja. Volgens het boekje gaat de route daar doorheen…..Godallemachtig, Christus Koning! Maar het valt uiteindelijk wel mee. Misschien komt dat ook wel door de regen/hagelbui die we op onze pet krijgen en die zorgt voor de gewenste verkoeling.
Na Cantevieja stijgt de weg vrolijk verder, totdat we uitkomen op de Puerto de Cuarto Pelado, een pas op een hoogte van 1659 meter. We hopen nog voordat een tweede donderbui losbarst Fontanete te bereiken, het einddoel van vandaag. Hoe snel we ook afdalen, het lukt niet voor de bui binnen te komen. Zeiknat duiken we een bar in, waar we eerst maar eens onze dorst lessen. De barkeeper belt voor ons de lokale Albergue om aan te geven dat er twee maffe fietsers aankomen. Achteraf blijkt dat erg prettig, want de Albergue is niet zo gemakkelijk te vinden. Halverwege het dorp staat een klein vrouwtje te wuiven dat we bij haar moeten zijn. Zij blijkt de beheerder van de Albergue en zal ons de weg wijzen. Na een paar kruip door, sluipdoor straatjes staan we zomaar ineens voor de ingang. We hebben de gehele Albergue voor ons alleen. Het vrouwtje legt uit hoe alles werkt/waar alles te vinden is, we rekenen €10 pp af en weg is ze.
We krijgen zowaar weer het vertrouwde Camino-gevoel!