30 april
Frias de Albarracin – Cuenca
92 km; 868 hoogtemeters
Gelukkig is de storm van gisteren ietwat geluwd. Daar staat tegenover, dat de temperatuur nog verder is gedaald; naar rond het vriespunt wel te verstaan. Dat dan weer wel.
Eerst maar eens warmdraaien naar een hoogte van 1617 meter. Sneeuwvlokjes dwarrelen om ons heen. Met vier laagjes kleding houden we het lijf wel warm. Maar met de handen is dat een ander verhaal. Die lijken na een half uur al geen onderdeel van je lichaam meer te zijn. Zwoegend langs besneeuwde berghellingen bereiken we het hoogste punt. De afdaling naar een hoogte van ca 1200 meter zorgt niet voor de gewenste temperatuurstijging. Het blijft gewoon snijdend koud.
Een korte stop bij de oorsprong van de Taag (grootste rivier van Spanje) en een vergeefse poging om weer wat gevoel in de handen te krijgen.
Erg dicht bevolkt is deze streek ook al niet. Het eerste dorp dat we na Frias tegen zullen komen is Uña, op een afstand van 54 (vierenvijftig!) km.
Na nog een spectaculaire afdaling bereiken we dit dorp, waar we direct een restaurant in duiken. Tergend langzaam komt het gevoel in onze handen terug.
De rest van de etappe (met nog een paar klimmetjes) met als einddoel de stad Cuenca, verloopt zonder problemen. De temperatuur is in ieder geval wat minder onaangenaam.
In Cuenca blijken veel hostals volgeboekt. Veel Spanjaarden hebben een lang weekend ivm 1 mei, een nationale feestdag.
Toch vinden we voor een schappelijk prijsje een kamer in het historische centrum.
De oude bovenstad, met zijn beroemde hangende huizen en eeuwenoude kathedraal blijkt de moeite van een flinke klim waard. In een drukke kroeg drinken we op de goede afloop van een pittige dag. Ontberen leert waarderen!
Nieuwe foto’s op: